Een handtherapeut maakt een behandelplan op basis van het type klacht of aandoening van de patiënt. Het begint meestal met een uitgebreid onderzoek, waarin de therapeut kijkt naar de beweeglijkheid, kracht en functie van de hand of pols.
De behandeling kan vervolgens bestaan uit:
- Oefentherapie: Gerichte oefeningen om kracht, beweeglijkheid en coördinatie van de hand en pols te verbeteren.
- Manuele therapie: Technieken waarbij de therapeut de gewrichten en weefsels van de hand en pols manipuleert om de bewegingsvrijheid te vergroten.
- Massage en mobilisatie: Behandeling van littekenweefsel, verbetering van de bloedcirculatie en verminderen van spanning in de spieren.
- Pijnbestrijding: Technieken om pijn te verminderen, zoals het aanleren van specifieke houdingen of het vermijden van bepaalde bewegingen.
Soms is het nodig om een brace of spalk aan te meten. Dit is soms nodig om de hand of pols in een bepaalde positie te houden en herstel te bevorderen. Voor het materiaal van de brace kunnen extra kosten in rekening gebracht worden. Uw fysiotherapeut informeert u hierover.